About [Redactie] 9040 Articles
Berichten in Trendbeheer kort en ingezonden verslagen van gelegenheidscorrespondenten.

5 Comments

  1. “Wat ook in een ­museum kan. Het Stedelijk. Potverdomme. Als een productiehuis. Waarom niet?”
    Langste zin in het stukje. Telt iets van vijf woorden. Wat bezielt Pontzen? Schreef hij. Altijd zo? Of klinkt staccato. Urgent. Vele stemmen. Eigentijds?

  2. De vorm is opvallend. Geen alinea’s en nauwelijks structuur. Het is de stijl van de oprisping, de stapeling, de peristaltiek die niet meer stopt.

    Maar de inhoud is nog opvallender en lijkt geleend van het debat over de publieke omroep waarbij ideëen zijn ontstaan om omroepen om te vormen tot productiehuis. Kan dat ook bij het Stedelijk? Ja en nee.

    Ja, als de functie van het Stedelijk wordt teruggebracht tot een instelling die vergelijkbaar is met een kunsthal en uitsluitend draait om het bieden van presentaties en tentoonstellingen. Nee, als het Stedelijk alle functies van een museum omvat, zoals ook conservering, documentatie, onderzoek en collectionering. Pontzen heeft het steevast over het Stedelijk en lijkt in gedachten het begrip ‘museum’ al ingeleverd te hebben. Zo manoeuvreert een afwijkende mening zichzelf buitenspel.

  3. “Zo manoeuvreert een afwijkende mening zichzelf buitenspel.”

    Ha opnieuw een voetbalmetafoor. (Doen we ook al niet aan mee hoorde ik. Panama wereldkampioen.)
    De opvallend slechte column van Pontzen combineert ongebruikelijk stilisme met wat mij betreft zwakke gedachtenzwabber.
    Verdomme productiehuis, doe gewoon Stedelijk zijn. Pontzen verlangt naar een goed bedrijf verdrie. Een ouderwets museum zonder kunsthal fratsen, lekker achter lopen, goede tentoonstellingen maken. Championsleague. Zoals Isa Genzken, Siegelaub, Tinguely. Dat moeten we hebben.
    He en geen productieleider als next Ruf please maar gewoon een nieuwe Ruf, gedreven, genetwerkt, open en to the point en liefst met fijne visie. Dat lokale kunsthal gebeuren kunnen we overal doen en vinden. (Behalve in Amsterdam.)

  4. Zal ik er dan ook maar wat over zeggen? Dat Pontzen het museum wil laten zinderen als de hoofdredactie van een krant zegt eigenlijk alles. Bij VK op kantoor houden ze nu ook huiskamerconcerten. Binnenkort kan je er een keer overnachten. Laten ze voor de gein ‘s ochtends de telex ratelen. Krijg je wel de papieren krant bij je ontbijt. Pontzen zelf is inmiddels romancier. In zijn niet onverdienstelijk debuut staan punten noch hoofdletters. Erg eigentijds is de roman overigens niet. Pontzen lijkt beïnvloed door schrijvers die allemaal al heel lang dood zijn. Uit de vloeiend opgeschreven monologue intérieur blijkt weer eens de makke van veel kunstscribenten: ze hebben eigenlijk meer met woorden dan met beelden. Vreemd genoeg is experimenteren met de literaire vorm binnen de kunstkritiek dan weer bijna taboe. Pam Emmerik leeft niet meer. JB doet wel eens ludiek. De rest houdt zich aan de ongeschreven regels. Wellicht gaat Pontzen ons in zijn volgende column nog verrassen. Misschien iets zonder punten en hoofdletters?

Leave a Reply

Your email address will not be published.


*