Een kunstenaar is een lui varken dat zich rondwentelt in een bad van subsidies

Subsidie is gratis geld. Zonder gratis geld moet er gewerkt worden. ‘In plaats van veel kunstenaars een beetje te geven’, schreef Luiten in Second Opinion, een recente publicatie over beeldende kunstsubsidies in Nederland, ‘zouden minder kunstenaars een hoger bedrag moeten krijgen.’ En dat gaat een groep van 373 kunstenaars te ver.

“Deze maatregel zou kunstenaars dwingen laagbetaalde baantjes aan te nemen die het ze ‘schier onmogelijk maakt om zich artistiek en professioneel te ontwikkelen’.”

Ik ben benieuwd naar die groep van 373 kunstenaars. En naar de inhoud van die brief.

Want:

“‘Kunstenaars worden afgeschilderd als subsidievreters’, zegt Lisa Couwenbergh. ‘Dat is niet alleen het beeld van de buitenwacht, maar nu ook van binnenuit.’”

volkskrant.nl/[…]Kunstenaars_geen_luie_varkens

About Jeroen Bosch 4743 Articles
Smaakmakend sinds jaar en dag: onafhankelijk kunstenaar, tentoonstellingmaker, trendbeheerder en oprichter art agent orange, artist run art agency. Eigen werk onder jeroenbosch.com Meer info zie trendbeheer.com/jeroen-bosch

50 Comments

  1. @jb
    ha jeroen, die brief is je ± twee weken geleden toegestuurd via het hww-intern adres. hij staat dus in je computer.
    ik ken geen kunstenaars die het aanvragen van subsidies verwarren met werken. wel die het zien als onderdeel van hun beroepspraktijk omdat subsidies deel uitmaken van hun beroepsinkomen.
    groet,
    ewoud

  2. punt is nu juist dat men het geld zou willen herverdelen onder een paar ‘talenten’ en de ‘luie varkens’ eruit wil hebben onder het argument dat o.a. provinciale gelden en wwik en andere (lokale) kunstsubsidies (denk aan de kunstenaarsinitiatieven!) onze echte Fonds talenten ervan weerhoudt om echt internationaal door te breken….
    onzin natuurlijk, want daar gelden hele andere normen en systemen, helaas zou je haast gaan denken. Stuitend naieve observaties las ik daarover in Second Opinion trouwens.
    Het systeem verdient wel aanpassingen die stimulerend werken op kunstenaars om het eens wat verder van de subsidiepot te zoeken, maar dat gebeurt best wel. Ook internationale residencies kunnen daarbij behulpzaam zijn maar simpelweg ‘meer geld voor minder kunstenaars’ bevordert eigen zoektochten in andere mogelijkheden juist niet. Het hele subsidie systeem dan maar de grond in boren ook niet lieve mensen.

  3. sinds wanneer zou subsidie aanvragen geen werken meer zijn? Goedboerende collegae zullen beamen dat ze wel degelijk facturen voorgeschoteld krijgen voor het invullen van subs.formulieren , creatief cijferen en blauwe brieven, dus arbeidskosten cq werk voor de mindere goden onder ons die het zelf moeten doen !!
    @ JB,(geenstijl) het is een illusie te denken dat we het archetypische beeld van de bohémien uitvreter uit de doorsnee Ollander krijgen, ik zie/hoor al 50 jr niet anders. (net zoals het subsidie circuit om de 5 á 10 jaar omgaat !!)

  4. wees nou blij dat er subsidie bestaat in nederland! want zolang er geen draagvlak voor kunst in nederland is, is jammer genoeg, subsidie hard nodig om autonoom, en niet marktconform, werk te maken.
    dat nederland een luilekkerland voor kunstenaars is, is gewoon weg niet juist. alhoewel het zeker als beginnend kunstenaar in nederland in verhouding tot andere landen makkelijker is om subsidie te krijgen, blijft nederland achter als het om het gehele bedrag gaat wat aan kunst uitgegeven wordt. het grootste probleem aan deze discussie is dan ook, dat het uiteindelijk niet daarom gaat dat dit beetje wat nederland voor kunst over heeft omverdeeld moet worden. het lijkt mij echter noodzakelijk dat er eindelijk kunst wat meer gewaardeerd wordt en dat dit ook financieel gewaardeerd gaat worden. dat de museas meer geld nodig hebben om de kunstenaars eindelijk fatsoenlijk financieel tegemoet te kunnen komen lijkt mij echter noodzakelijk. hoezo is het bv. in duitsland bijna normal dat je catalogi betaald krijgt als je ergens een expositie hebt? in nederland word je hiervoor weer doorverwezen naar het fonds. het zelfde geld als het produktiebudget van musea niet toereikend is. ik vind het absurd dat iemand mij vraagt om een werk te realiseren, maar dan moet ik aub zelf even voor de financiering zorgen.
    ik wens mij eindelijk een breeder draagvlak voor de kunst. hier hoort ook bij dat de kunstenaars niet zelf alles weer gelijk afkraken. wees blij met wat je hebt!

  5. Neee, kunstenaars zijn nooit lui (geweest).
    In het beste geval zijn zij “nutteloos”.
    In een door en door consumentistische maatschappij zoals deze wordt de “nutteloze” kunstenaar vaak gezien als een bedreiging. Vandaar dat ie geen kunstenaar meer is maar een culturele ondernemer met alle gevolgen van dien.
    Ooit gehoord hoe en waarom de nobelprijswinnaar Josif Brodski 1964 in de gevangenis belandde in Sovjet-Russland?

  6. kunstenaars zijn lui werkschuwtuig!!
    een beetje vag doen, raar lullen en dan denken ze dat ze hard hebben gewerkt…
    echte mannen werken in de bouw..toch??

  7. ik hoop dat lex ter braak en gitta luiten de zinnige opmerkingen van anne en marc ook lezen! zo niet dan kun je deze reeele argumenten tijdens het debat dat zij organiseren op 3 oktober in de openbare bibliotheek aan de oosterdokkade in a’dam naar voren brengen.
    het is echt zaak dat we het tij keren van de afbraak van de individuele subsidies zoals die nu al enige jaren tersluiks, maar nu in het volle licht, plaatsvindt. denk aan hoe onder staatsecretaris van der laan het de gemeenten onmogelijk werd gemaakt om rijksgelden individuele subsidies te besteden zodat in de meeste grote steden deze subsidievorm is weggevallen. denk aan hoe onder ter braak de werkbeurzen zijn afgeschaft en de basisstipendia effectief zijn gehalveerd (looptijd van 4 jaar ipv 2 jaar).
    het is niet zo dat ‘de kunstwereld verkrampt reageert op beleidsmatige veranderingen’ zoals ter braak stelt in het nrc van 29 augustus in reactie op onze brief. Deze maatregelen en hun beleid hebben directe negatieve invloed op de beroepspraktijk. veranderend beleid dat wordt gevormd op reeele argumenten en die daadwerkelijk aansluit op de hedendaagse kunstpraktijk zal van harte worden ondersteund. fondsdirecteuren die luisteren naar het beroepsveld en die dat betrekken in hun beleidsvorming zullen van harte worden ondersteund. wat we nu zien is twee directeuren die dat veld de grond in boren en afkraken.
    stand van zaken nu: vandaag heeft ook het parool de discussie opgepikt en heeft anton de goede van de vpro lex ter braak, kunstenaars jerome symons, lisa couwenbergh en mij uitgenodigd voor debat tijdens de de avonden editie van volgende week donderdagavond.
    iedereen kan trouwens ook nog steeds de petitie aan lex ter braak steunen met een ja! mailtje aan: lisacouwenbergh@xs4all.nl, inmiddels is het ondertekend door 387 collega’s.
    we blijven hopen op jullie steun dus probeer ajb je collega’s te activeren en kom ook naar het debat op 3 oktober in a’dam, thanx!!!

  8. Geachte mevrouw Couwenbergh,

    dank voor uw aan mij gerichte brief die, gezien de reacties die ik daar op
    krijg, blijkbaar tegelijkertijd ook naar vele anderen gestuurd is. Ik kan
    daar alleen maar uit concluderen dat u niet echt in mijn antwoord
    geïnteresseerd bent en dat het u eerder om het creëren van stemming dan om
    de uitwisseling van gedachten gaat. Ik zou dit niet geschreven hebben als
    niet ook uw brief aanleiding geeft om dat te denken. Van alle citaten uit
    Second Opinion die u mij toeschrijft, herken ik er niet een als van mijn
    hand. Zij zijn of verkeerd weergegeven of het zijn de overwegingen van
    anderen. Zoals een kunstenaar ervan uit mag gaan dat zijn werk goed
    bestudeerd wordt alvorens de criticus aan de slag gaat, meen ik daar ook
    recht op te hebben. Ik zou de brief nu kunnen beëindigen omdat ik het niet
    logisch vind te moeten weerleggen wat ik niet gezegd heb. Toch wil ik wel in
    algemene zin op uw brief ingaan.

    Het Fonds BKVB heeft met de Mondriaan Stichting het initiatief voor de
    opiniebundel Second Opinion genomen omdat zij beide, en ieder op eigen en
    mogelijk onderling verscheidene gronden, met de beperkingen en
    tekortkomingen van het subsidiestelstel geconfronteerd werden. Welke dat
    zijn, staan beschreven in de Inleiding van Second Opinion. Om te verifiëren
    of die gedachten ook bij anderen leven, en zo ja op welke manier, hebben wij
    een divers aantal mensen uit de kunstwereld uitgenodigd hier over te
    schrijven: kunstenaars, galeriehouders, museumdirecteuren, critici en
    verzamelaars. Hun bijdragen overziend kun je zeggen dat het merendeel van de
    auteurs van mening is dat het subsidiestelstel heringericht moet worden. Bij
    die gedachte sluit ik mij aan, ook ik denk dat veranderingen en
    accentverschuivingen de kunst en de kunstbeoefening ten goede kunnen komen.
    Op een enkele uitzondering na spreekt niemand zich tegen subsidies uit en
    dat staat ook nog eens met zoveel woorden in het Nawoord dat door Gitta
    Luiten en mij geschreven is. Uw suggestie dat ik tegen individuele subsidies
    zou zijn, dat ik die zelfs af zou willen schaffen begrijp ik dan ook niet.
    Evenmin deel ik de gedachte dat het subsidiesysteem middelmatige kunst zou
    voortbrengen, wel wordt er ook middelmatige kunst ondersteund en of dat de
    bedoeling is, is de vraag.

    Het kost mij moeite de woorden over te nemen maar omdat u ze gebruikt ben ik
    helaas genoodzaakt dat te doen. Kunstenaars zouden luie varkens en
    subsidievreters zijn. Ik ken heel wat kunstenaars, zie hen werken, bewonder
    hun werk en heb nog nooit in zulke termen over hun existentie nagedacht. Wat
    ik wel zie, en dat wordt ook door onderzoeken jaar in jaar uit bevestigd, is
    dat de meeste er maar amper van kunnen bestaan en dat hun werk in het
    publieke domein en de publieke discussie nauwelijks of geen rol van
    betekenis speelt. Juist vanuit mijn culturele verantwoordelijkheid betreur
    ik dat en vraag mij als fondsdirecteur af of daar wat aan te doen is. In
    mijn stuk ga ik daar ook op in – en doe ik een aantal suggesties voor
    verschuivingen maar, nogmaals, pleit ik op geen enkel wijze voor
    afschaffing.

    U stelt dat kunstenaars moeten innoveren,. Ik ben het daar geheel mee eens
    en vind tegelijk dat ook fondsen moeten innoveren. Wat twintig of dertig
    jaar geleden een adequate subsidieregeling was kan nu achterhaald zijn. Ik
    denk dat het goed is het daar over te hebben op basis van de juiste
    uitgangspunten. Ik wil daarom van deze gelegenheid gebruikmaken u uit te
    nodigen voor het debat over Second Opinion dat het Fonds BKVB en de
    Mondriaan Stichting aan het voorbereiden zijn en dat begin oktober plaats
    zal vinden. U zult tijdig over plaats en tijdstip geïnformeerd worden.

    Ik zou het erg op prijsstellen als u dit antwoord wilt doormailen aan al
    degenen aan wie u de aan mij gerichte brief hebt doen toekomen.
    Met vriendelijke groet,

    Lex ter Braak
    Directeur Fonds BKVB

  9. Het is niet alleen een beschaafde brief, het is een statment an sich. Ter Braak heeft volkomen gelijk betreft het ontbreken van de kunst in het publieke domein en publieke denken, daar ligt dan ook precies het probleem. Zolang kunstenaars zich niet confronteren met de buitenwereld, blijven zij een eigen gesloten cirkel cultiveren, waarbij subsidides e.d de motor vormen. Over zijn uitspraak betreft ‘middelmatige’ kunst, kan ik hem niet zonder meer volgen, gezien het feit dat het Fonds de waarheid beterft ‘goede’ en ‘slechte’ kunst niet in pacht heeft, maar dat er iets fundamenteel mis is betreft de positie en de macht (of beter: het ontbreken aan macht) van de hedendaagse Nederlandse kunst, zoveel is duidelijk. En dat lijkt mij geen situatie die je voor de sake of it in stand moet blijven houden.

  10. “Zolang kunstenaars zich niet confronteren met de buitenwereld”

    Zolang kunstenaars de wereld verdelen in een eigen wereld en eentje daarbuiten, blijven ze een probleem houden. Dan is het in wezen secundair of je die buitenwereld wil confronteren of ontwijken.

    (OK, confronteren levert meer ophef en vertier.)

  11. @JV

    Correct, je brengt een juist commentaar aan op mijn reactie. De ‘wereld’ waar kunstenaars actief zijn en waar zij hun werk tonen, zou een en dezelfde moeten zijn. Juist het maken en cultiveren van een onderscheid illustreert de problematiek die Ter Braak ook in zijn brief aanhaalt. ‘Confrontatie’ is niet persee een begrip dat ik in zijn algemeenheid aan de kunsten op wil dringen, ook daar breng je een correcte verbetering aan, hoewel het als strategie vanzelfsprekend wel mijn voorkeur heeft en naar mijn mening noodzakelijk is om de huidige passiviteit van de Nederlandse kunst te doorbreken, maar dat is mogelijk weer een andere discussie.

  12. Er zijn in dit land zo’n 16 miljoen kunstenaars. Gelukkig mogen ze allen proberen om subsidie voor deze epidemie te krijgen…

    Dat heet open-markt-economie…

  13. @Erik

    ‘Open markt economie’ heeft te maken met een situatie van vraag en aanbod binnen een samenleving zelf, zonder overheidsbemoeienis. Subsidiewetgeving kan raakvlakken zoeken met deze economie, maar maakt er per definitie geen deel van uit. Dat is een onmogelijk te trekken parallel. Je zou nog kunnen stellen dat burgers die stemmen op bijv. GroenLinks ‘vragen’ om meer gelden voor kunst en cultuur, en dat de betreffende politieke partij deze ‘vraag’ omzet in ‘aanbod’, maar dat is een proces dat feitelijk te indirect is om tot de ‘vrije markt’ te kunnen rekenen.

  14. Een slap geformuleerde brief met dat laatdunkende ‘laag betaalde baantjes’ alternatief. Alsof alle kunstenaars sukkels zijn. En door dat luie varkens als beeld te droppen beklemtoon je juist dat beeld. Een brief die met weinig trots is geschreven. Kunstenaars kunnen niet schrijven – hoeft ook niet noodzakelijk. Maar 370 ondertekenaars bij deze lamme zielige aanzet dat is wel veel… (Ik ken niet de inhoud van komplete brief.)

  15. Ehm,
    passiviteit van de Nederlandse kunst?
    Zou ik zeker niet zo zeggen.
    Ik weet ook niet wat hier bedoeld wordt met Het Publieke Domein maar voor zo ver ik weet is elke galerie, elk kunstenaarsinitiatief en elk museum Open voor Publiek.
    Dat daar weinig mensen naar toe trekken of m.a.w. dat er in ons land weinig draagvlak is voor kunst is waar en jammer.
    Maar om die schuld of verantwoordelijkheid nou bij kunstenaars neer te leggen gaat mij een beetje ver.

  16. @Jonas,

    Subsidies zijn een gevolg van het funktioneren of niet-funktioneren van een economie. Subsidies maken net zoveel deel uit van een maatschappij, zoals kunstenaars daar ook deel van zijn.

    Het gekke is wel, dat veel kunstenaars zich kunstenaar blijven noemen/voelen ondanks dat ze op andere wijze hun inkomsten verdienen. Dat heeft geen enkele andere beroepsgroep met ze gemeen. Misschien is het dus geen beroepsgroep, maar een ‘gevoel’.

    ‘Iedereen is (wel eens) kunstenaar’

  17. Volgens mij zou de stelling beter luiden: De subsidiepot is een vette kalkoen waar lustig aan gekluifd kan worden.
    Wellicht kan men iets aanmerken over de tafelschikking. Maar alleen is dat een subjectief.
    Het stelsel zelf en haar functioneren is een vertaling ervan en een reflectie van een mentaliteit; een paraplu waaronder men schuilen kan.
    Ook als het niet regent.
    Uit de subsidiepot snoepen als bevestiging van het kunstenaarsschap; daaruit volgt geen consistentie. Het houdt niet langer stand dan een leven. Ten eerste omdat de inhoud ervan beperkt is, ten tweede aangezien er een ongezond klimaat in heerst.
    Als kunst politiek is dan ben ik beslist geen politicus, en als politieke kunst als norm genomen wordt ben ik geen goede kunstenaar.
    Op die wijze is er altijd een insteek maar vindt er nooit een bevruchting plaats.
    Om het maar even plastisch te omschrijven.

    Hee Ho!
    ik groet u.

  18. dit is de brief zoals die aan Lex ter Braak is geschreven.

    Geachte Heer Ter Braak,
    Wij schrijven u deze brief omdat wij ons grote zorgen maken over de door u in gang gezette ontwikkelingen bij het Fonds BKVB inzake de individuele subsidies aan beeldend kunstenaars.
    De kunst is vervreemd van de rest van de wereld en in een isolement geraakt
    “Door het royale subsidieaanbod (van wwik tot Fonds bkvb) verhoudt de kunstenaar zich alleen nog tot de subsidiërende instantie. Een subsidietoekenning is tegelijk de waardering uit eigen kring- Waarom je dan nog richten tot een afwezige buitenwereld”.
    “Subsidie ondermijnt de noodzaak om werk aan de man te brengen,te tonen en te verkopen. De kosten zijn immers door de overheid gedekt. Inkomsten uit verkopen zijn niet of minder nodig”.
    ..“ er wordt met subsidiegeld steeds vaker kunst geproduceerd van middelmatige kwaliteit en de markt voor kunst blijft kunstmatig klein.”
    Deze uitspraken van u en mevr.Luiten in “Second Opinion” geven het idee dat de Nederlandse kunstenaar zich als een lui varken, rondwentelt in een warm bad van subsidies.
    Een beeld dat niet klopt met de werkelijkheid, dit zijn de feiten:
    – Van het BKVB ontvingen in 2005, op basis van een kwaliteitstoets, slechts 78 academieverlaters een startstipendium.
    – Een enkeling kreeg projectsubsidie – of publicatiesubsidie.
    – 205 kunstenaars kregen een basissubsidie voor 4 jaar van € 7800,- per jaar.
    De aanvrager wordt getoetst op artistiek inhoudelijke kwaliteit, er wordt gekeken naar aankopen, opdrachten, prijzen, publiciteit, activiteiten op publicitair, organisatorisch en educatief gebied, samenwerkingsverbanden etc.
    Wij zien niet in, gezien de hoogte van de bedragen, waarom inkomsten uit verkopen niet meer nodig zouden zijn!
    Uit onderzoek blijkt bovendien dat maar een zeer klein deel van de in Nederland actieve kunstenaars van zijn of haar verkopen kan bestaan.
    Toch spreekt u van “deze overdadige rijke tijd, waarin het niet meer de taak van de overheid is om iedereen die zich kunstenaar noemt te steunen.”
    Die overdadige rijke tijd welke u waarneemt gaat zeker niet op voor kunstenaars.
    Wij zien veel collega’s, en dat zijn niet de mensen die zich kunstenaar noemen, maar die het zijn, die met zeer weinig financiële middelen, heel veel inzet, doorzettingsvermogen en professionalisme, hun praktijk voortzetten.
    Door de individuele subsidies af te schaffen of nog meer in te krimpen, worden kunstenaars gedwongen om meestal laag betaalde, tijdrovende baantjes te nemen die het ze schier onmogelijk maakt om zich artistiek en professioneel te ontwikkelen.
    Nationaal en internationaal succesvolle kunstenaars als Aernout Mik, Marijke van Warmerdam, Joep van Lieshout, Folkert de Jong en Lily van der Stokker, verklaren zich zonder individuele subsidie niet als zodanig te hebben kunnen ontwikkelen.
    Uit alle bijdragen aan het boek uwerzijds en uw uitspraken in de context van deze publicatie maken wij op dat u uitgaat van de vooronderstelling dat het droogleggen van individuele subsidies aan kunstenaars, vanzelf zal leiden tot het ontstaan van een nieuwe, “maatschappelijk gewaardeerde vorm” van beeldende kunst en een nieuwe markt van verzamelaars zal doen ontstaan.
    Kunt u uitleggen waarop u deze aanname baseert? Hoe kan een kunstenaar zich ontwikkelen als hij zich moet aanpassen aan de vraag van de markt?
    Het bedrijfsleven besteedt veel geld aan research, de wetenschap wordt van overheidswege ruim gesubsidieerd, waarom zou de kunst zonder het relatief kleine budget kunnen, dat via individuele subsidie in artistiek talent wordt geïnvesteerd? Ook artistieke innovatie vergt investeringen van de overheid.
    Wij vinden het onbegrijpelijk dat u als directeur van het belangrijkste fonds voor kunstenaars vermindering van individuele subsidies bepleit en suggereert dat het Nederlandse subsidie systeem middelmatige kunst bevordert en de kunst op een laag niveau en in een maatschappelijk isolement heeft gebracht.
    Uw uitspraken zullen in de toekomst nog wel eens grote negatieve gevolgen kunnen hebben voor de cultuur in Nederland.
    Bovendien zijn zij koren op de molen van populistische politici en criticasters. Kunst en cultuur zijn kwetsbare zaken die u juist zou moeten beschermen.
    Kunstsubsidies zijn er om kunstenaars de kans te geven vrijelijk te kunnen denken, en creëren. Dat is uiteindelijk een kwestie van beschaving.
    Waar een Maecenas is kan een Virgilius zich ontplooien.
    Door het beetje subsidiegeld voor individuele kunstenaars verder te beperken, bevordert u verarming, in plaats van verrijking van de Nederlandse cultuur.

    Namens 370 Nederlandse kunstenaars

  19. @ jonas.
    over kunst en macht. kunst kun je ook zien als een informele macht die, vaak, vanuit de randen van de publieke perceptie inwerkt op de wereld en de publieke verbeelding. dat kan op een actuele manier maar ook op een meer trancendentele manier. als je door, de de keuze die je zelf maakt over de manier waarop je je werk wilt benaderen, geen waardering meer kunt opbrengen voor andere benaderingen dan ligt dat aan jezelf.
    problemen rond publieksbereik, marktwerking e.d. worden al te gemakkelijk in de schoenen van de kunstenaars geschoven terwijl daar veel andere factoren (culturele en publicitaire) hun invloed op hebben. ik denk dat de meeste mensen die problemen wèl onderkennen.
    de uitspraak betreffende middelmatige kunst is trouwens van gitta luiten.
    verder ben ik blij dat lex ter braak zijn repliek hier heeft willen publiceren en dat de discussie nu verder in het publieke domein gevoerd wordt.

  20. Een erg vage discussie. Is het succes van de internationaal succesvolle kunstenaars hetzelfde als het hebben van een maatschappelijke waarde of importantie? Is de zeggingskracht van kunst uberhaupt op dit moment van een aard dat er gesproken kan worden van invloed op het maatschappelijk denken.
    Het succes is veeleer een kwestie van het zich kunnen handhaven binnen de marktwerking (die overigens net zo goed doorwrocht is van subsidies: musea, publieksgelden, belastingmaatregelen) dan dat het een meetlat is voor maatschappelijk bereik.
    Het zou goed zijn om die twee grootheden uit elkaar te trekken voor er maatregelen worden genomen.

    Ik vind de brief een air hebben die wereldvreemd aandoet, en het schetst een beeld van een wijze van kunst bedrijven die enkelvoudig is: de kunstenaar is een weldaad voor de cultuur en de beschaving. Een dodelijke omarming volgens mij.

  21. “Kunstsubsidies zijn er om kunstenaars de kans te geven vrijelijk te kunnen denken, en creëren. Dat is uiteindelijk een kwestie van beschaving.”

    Oeioei dat is mottig geformuleerd. De hele brief druipt van de vooronderstellingen. Kunst is ergens goed voor. Individuele subsidies zijn een groot goed. Maar vooral proef ik angst. Het is geen trotse brief. Uit naam van de kunstenaar als faalhaas die gepamperd moet worden.

    Het zou aardig zijn als artikelen uit Second Opinion online zouden worden gezet – in ieder geval die van Luiten en Ter Braak.

  22. ..ik ben ook voor het afschaffen van landbouwsubsidies. Daar zullen een hoop kleine ondernemers ( alles behalve luie varkens) in de derde wereld erg blij mee zijn. Oh. Pardon. Daar ging het niet over.

  23. Tja, boeren heten tegenwoordig ook landschapbeheerders: een soort omgevingsvormgevers dus. Kan je als boer dus ook een subsidie vragen bij het Fonds!

  24. Beide Fondsen kunnen met een gerust hart afgeschaft worden. Ze financieren hoofdzakelijk een handjevol wibra-kunstenaars in het randstedelijk spiegelpaleis, het vermeende centrum van deze melkweg.
    Dat zowel ter Braak als Luiten na zoveel jaren aan het roer van beide fondsen te hebben gestaan nu pas tot dit “voortschrijdend” inzicht zijn gekomen doet vermoeden dat ze hun zinnen gezet hebben op een ander baantje en rustig de schepen achter zich kunnen verbranden. Nadat het varken vetgemest is wordt het meestal geslacht.

  25. Interessante reacties allemaal maar ik bleef vooral hangen bij het woord ‘wibra-kunstenaar’.
    wibra-kunstenaar?
    Wat/wie is in godsnaam een wibra-kunstenaar?
    Het doet ongetwijfeld niet ter zake maar ik kan het niet meer uit mijn hoofd krijgen, het woord is als een heel vervelend liedje van guus meeuwis ofzoiets waarvan je wilde dat je het nooit gehoord had maar dan is het al te laat en heeft het zich lekker comfortabel in je hoofd gevestigd.
    Ik kan me een hoop types kunstenaar voorstellen, al dan niet in combinatie met het woord subsidie maar de wibra-kunstenaar wil zich maar niet in al zijn helderheid aan mij openbaren.
    Dus mag ik even een korte beschrijving alsjeblieft, b. nomoron?
    Dan kan ik ook weer slapen.

  26. Ja, die vond ik ook intrigerend. Ik denk dat je voorzichtig moet zijn met zulk soort kwalificaties. Ik ken persoonlijk een heel stel Wibra-achtigen maar die doe je daar geen plezier mee. Zij voelen zichzelf eerder sanang onder de noemer van Zeeman-achtigen. (De Brons-achtigen, dat is weer een heel andere categorie. Die laat ik hier buiten beschouwing, dat lijkt inmiddels een gepasserd station, hoewel je dat tegenwoordig, retro-wise, nooit zeker weet.)

    Het lijkt hetzelfde maar hierin schuilt een subtiel verschil. En zit het hem niet juist in die subtiliteiten?

  27. @Erik

    ‘Subsidies zijn een gevolg van het funktioneren of niet-funktioneren van een economie. Subsidies maken net zoveel deel uit van een maatschappij, zoals kunstenaars daar ook deel van zijn.’

    Los van het gegeven dat ik weinig begrijp van je eerste zin, maken subsidies i.d.d deel uit van ‘een maatschappij’, zoals heel veel andere dingen ook deel uitmaken van ‘een maatschappij’. Maar dat was niet wat ik schreef. Jij had het over subsidies als onderdeel van de ‘open markt economie’, van een systeem dus van vraag en aanbod, getypeerd door het feit dat de overheid zich hier zo min mogelijk in betrekt. Dat is een volkomen andere stelling dan dat ‘subsidies deel uitmaken van een maatschappij’, dat is onmogelijk tegen te spreken, gezien het feit dat vrijwel alles op de een of andere manier wel deel uitmaakt van ‘een maatschappij’.

    ‘Het gekke is wel, dat veel kunstenaars zich kunstenaar blijven noemen/voelen ondanks dat ze op andere wijze hun inkomsten verdienen. Dat heeft geen enkele andere beroepsgroep met ze gemeen. Misschien is het dus geen beroepsgroep, maar een ‘gevoel’.’

    Geen beroepsgroep maar een gevoel? Een ‘beroepsgevoel’? Elaboreer vriend, dit soort zinnen zijn Chinees voor mij.

    @Ewoud
    ‘Transcendentale’, ‘informele’, ‘randen van de publieke perceptie’?…. Je gebruikt precies die dode begrippen waardoor de beeldende kunst haar eigen marginaliteit heeft weten te cultiveren. Per definitie is beeldende kunst een marginaal instrument, prima, maar er is geen reden om haar dan ook meteen als zodanig te institutionaliseren. Te stellen dat ik daarmee geen oog zou hebben voor beeldende kunst die niet streeft naar ‘macht’, is een zwaktebod. Vanzelfsprekend heb ik waardering voor beeldende kunst die zich niet meteen in een publiek discours plaatst, het zou raar zijn om daarin vast te houden aan criteria die beeldende kunst per definitie een ‘maatschappelijke’ functie zou moeten geven. Onzin. Feit is wel dat kunstenaars, gepaarde instituten en kunstlievende politiek zelf de ‘confronterende’, ‘unheimliche’, ‘kritische’, ‘noodzakelijke’, ‘maatschappelijke’ rol van de kunst continue gebruikt als breekijzer voor (onder meer) overheidsgelden, maar dat de kunst hier zelf nauwelijks inhoudelijke invulling aan geeft, maar dergelijke – feitelijk volkomen vrijblijvende – karakteristieken (‘kunst houdt mensen een spiegel voor’, ‘kunst stelt vragen’) wel blijft gebruiken om claim te doen op haar bestaansrecht. Mijn kritiek is dat kunst zichzelf in die zin te weinig contextualiseert: dat wil zeggen, dat haar bestaansrecht niet wordt bevochten, maar per definitie door haar beoefenaars relevantie heeft. Daarin schuilt gevaar. Op het moment dat haar functie, haar functioneren, niet meer in kwestie wordt gesteld, dan is zij per definitie overbodig geworden (Zie ook het al enkele jaren geleden geschreven pamflet van Van de Veire: http://www.kunstbeeld.nl/KB_discussie_iloveart.htm).

  28. Ze contextualiseert zich wel, maar op onjuiste en gemakzuchtige gronden: ze neemt haar reden voor bestaan aan als een algemeen geldende afspraak, een gentlemen’s agreement tussen kunstenaar en toeschouwer.
    En zo bakent en bakert ze zichzelf een onschuldig platform af. Een platform dat slechts schouwspel kan blijven, een theaterstukkie, een optreden.

    En is ze haar bestaansrecht kwijt omdat ze haar eigen bestaansrecht niet meer ondervraagt of omdat de haar gestelde opdrachtstelling weinig enerverend meer is (de spiegel), de beeldtaal afgekloven (beeld en vorm zijn in evenwicht, het geheel levert spanning) en de functiemogelijkheden (verbetering van de morele gesteldheid van de mens, eyeopener) niet uniek aan haar voorbehouden zijn en bovendien doorgaans op gespannen voet staat met haar eigen drive om maar telkens innoverend en vernieuwend te zijn?

  29. @ Miriam :

    Dan ken je de Lidl-curators nog niet! Met minimale prestatie een maximaal hoeveel lucht verplaatsen en dan verklaren dat flatulentie het hoogst haalbare is in de kunst.
    Vuurtje?

  30. @jonas
    beste jonas. dit is de laatste keer dat ik iets op trendbeheer post. wij kunnen hier een interessante en betrokken discussie hebben maar daarvoor biedt trendbeheer mij bij nader inzien, met haar schimpscheuterij en galspuierij, toch niet het goede podium.
    ik reageerde om diezelfde reden toch al niet veel, en meestal in iemands verdediging, maar ik ben er nu echt klaar mee.
    bovendien blijkt heel iemand anders dan lex ter braak zijn repliek hier te hebben gepost. daarom wantrouw ik nu het hele concept internetforum. ik hoop eens ergens anders met jou de draad op te kunnen pikken.
    met waardering en beste groet,
    ewoud

  31. Nounou, ewoud, wat een reaktie.

    Nu ben ik wel benieuwd naar de weerslag van de door jou voorgestelde gedachtenwisseling met Jonas. Misschien dat jullie besluiten dat die tzt. ergens op het internet wordt gepubliceerd?

  32. @Ewoud
    waar is die schimpscheuterij en galspuiterij? is dit niet eerder een cafe-achtige onderhouden discussie? het moge soms wat grof gesteld worden, volgens mij is het allemaal wel serieus.

  33. Wantrouwen jegens het concept internetforum lijkt me een gezonde basishouding. Om beginnen te wantrouwen omdat ‘iemand anders dan lex ter braak zijn repliek hier [blijkt] te hebben gepost’ is verbazingwekkend, vooral omdat direct duidelijk was dat ene J. Voeten (weliswaar verborgen achter puntjepuntjepuntje) dat deed.

Leave a Reply

Your email address will not be published.


*