ECCE HOMO, Antwerpen

Hoe een recensie te maken van een kunstwandeling met bijna stuk voor stuk voortreffelijke kunstenaars? Hoe en wie selecteren? Hoe bevriende kunstenaars te negeren zonder achteraf een snedige blik te krijgen? ( = objectief blijven) Daarmede heb ik besloten om me alleen op de sculpturen van deze kunstroute te richten, zo kan ondergetekende zichzelf ook met enige structuur pinnen op al dat opkomend of gevestigd 3D-potentieel.

www.eccehomoantwerpen.com

Concept van de organisators/curators (van) galerie Geukens& De Vil en Marion De Cannière, alsook kunstjournalist Eric Rinckhout is: hoe gaan hedendaagse kunstenaars om met het kwetsbare menselijke lichaam en en de al even kwetsbare geest én hoe brengen zij het in beeld? Maar is niet bijna elke kunstenaar op één of andere manier met de mens bezig? Rinckhout verwoordt het in het Belgische tijdschrift Collect als zijnde een expo met ruimte voor ‘schoonheid, subtiliteit, stilte, verwondering, kleur, vreugde en humor’. En dan is er natuurlijk de ontwapende kracht van de kunst zelf.

De veelzeggende gekozen titel Ecce Homo = zie de mens = verwijst naar de geseling van Christus. We kennen allemaal het overafgebeelde naakte torso van Christus. De voor de hand liggende onderwerpen van deze nochtans veelzijdige expo zijn klassieke thema’s als vergankelijkheid, troost, identiteit en oorlog, maar ook brandend actuele thema’s als gender en migratie.

We treffen veelal de mens aan op z’n fragielst, met als rode draad de eeuwenoude (beeld)taal van het lijden. Alhoewel er in vele werken (hedendaags en oud) een sfeer heerst van zwaarmoedigheid en tristesse, kunnen we wél dubbel genieten van de schoonheid, verstilling en sprookjesachtige verwondering der kunsten …

Doelstelling van de makers: in dit serene thema een breed palet aan Belgische kunstenaars in verschillende disciplines tonen. En zo geschiedde: er werden 63 kunstenaars en 120 werken geboren op 9 locaties. En nu is het aan de vele bezoekers om van al dat interessants en moois te genieten natuurlijk! Er is een bewuste wisselwerking gegenereerd tussen oude en nieuwe kunst; sommige kunstenaars hebben een nieuwe creatie gemaakt, anderen hebben bestaand werk ingeleverd dat bij het thema past.

De getoonde werken vallen zowel te ontdekken in/op zowel historische locaties: van de Neogotische Sint-Joriskerk, het Maagdenhuis, Museum Maeyer van den Bergh, de Fierensblokken… (lees: uitgewoonde appartementen), de tuin van het art decogebouw van het instituut voor Tropische geneeskunde, ziekenhuis ZNA tot de galeries van de organisatoren, gelegen aan het Mechelseplein in Antwerpen.

Over naar de kunstenaars, of meerbepaald de te ontdekken sculpturen van onderstaande kunstenaars/beeldhouwers/installatiemakers in op zich willekeurige locatie- of ‘goed-beter-best’-volgorde. Gewoon een greep uit enkele LOSstaande scultpuren.

Aan jullie Nederland, om deze Belgische wandeling aan te gaan, je te laten verrassen op de locaties. U hebt nog een maand om dat treinticketje tot Antwerpen te boeken!

    Mark Manders

In het Maagdenhuis worden we verwelkomd door een frontaal gepositioneerd gehavend bronzen vrouwenhoofd van Mark Manders pal in dialoog met een 16e eeuws Ecce Homo schilderij van Jezus met een doornenkroon. Manders is gekend om zijn typische terugkerende en ogend kleien hoofden (die van brons blijken te zijn) en die hijzelf als ‘zelfportret als gebouw’ omschrijft.

Hier met een gele rechthoek – een doorn in het oog? – met een blauwe plaat als achtergrond, net als zijn aureoolschilderij dat boven de sculptuur van het kleine museum hangt.

    Johan Creten

Johan Creten laat hier een fijn pareltje zien van interactieve kunst: een spiegel met doornenkroon op hoofdhoogte, JC&JC genaamd.

Deze schitterende (keramiek)kunstenaar, die keramiek als het ware weer ‘alive and kicking’ maakte, monteerde een doornenkroon op een spiegel, zodat de toeschouwer, in de spiegel kijkend, mee deelneemt aan het passieverhaal. (= iedereen lijdt? ) Zijn prachtige sculpturen bevatten telkens intrinsieke betekenissen en zijn betrachting z’n werk op historische locaties te tonen, is hem hier uitstekend gelukt !

    Sofie Muller

De bekende Gentse kunstenaar Sofie Muller zag een 13e-eeuwse Christus+Johannes-beeldengroep in museum Mayer van den Bergh en was onmiddelijk getroffen door deze troostende maar tevens anatomisch ongemakkelijke houding. Dit heeft haar geïnspireerd voor een albasten duo-portret gebeeldhouwd in een witte albast vol natuurlijke holtes en kwetsuren.

De twee hoofden ondersteunen elkaar, maar tonen tevens erosie en gedeelde smart. Of waar liefde en verdriet soms dicht bij elkaar liggen in een innige omhelzing. Waar fragiliteit, kracht en poëzie elkaar (mogen) aanraken en waar littekens met alle zachtheid trachten te helen, maar hun zichtbaarheid als een herinnering – spoor – in de hersenen zijn gegraveerd.

    Sven ’t Jolle

De sculpturen van Sven ’t Jolle zijn gekend om hun humoristische ‘kritiek’ op deze kapitaalmaatschappij, politiek, kunst en sociale ongelijkheid. Met een dosis spitsvondigheid en een vleugje karikaturaliteit, neemt hij de samenleving op de kunstkorrel en probeert hij zo met zijn sculpturen nieuwe betekenissen te genereren.

Voor Ecce Homo komt hij naar buiten met een speels figuurtje/postuurtje van een meisjesfiguur die de eindjes van een uitgerafeld touw vastheeft. ( ~ eindjes a elkaar knopen) Onder de toespelige titel Make Ends meet verwijst de kunstenaar met dit werk naar de armoede in België.

    Thomas Leroy

Van kunstenaar Thomas Leroy loopt dezer dagen een expo in Museum Dhondt-DHaenens in Deurle dat echt een aanrader van formaat is. Lang geleden dat ik nog zo onder de indruk van een solo-expo was. Hier op Ecce Homo presenteert hij Falling Apart Together, een als het ware bronzen ineengevouwen figuur met een speer doorheen.

Verwijzingen met een ironische knipoog naar iconen uit de (kunst)geschiedenis zijn een herkenbaar gegeven van zijn sculpturenpraktijk: zo zien we al eens disproportionele uitvergrotingen van klassieke hoofden op minuscule lichamen. Of zien hem een loopje nemen met het gegeven ‘klassieke sculptuur’. Zijn vraag is: ‘Hoe zijn al die (kunst)wetmatigheden sinds de historie de kunsten binnengeslopen?’

    Johan Tahon

Eenzaam en alleen – zoals het zijn beeldhouwkunst eigenlijk betaamt – staat een duo-sculptuur van Johan Tahon op het middenplein van het ziekenhuis ZNA Sint-Elisabeth, gelegen naast het Maagdenhuis op het Mechelse plein. In zijn typische keramische lijdende sculpturen, staan hier twee figuren- First Dream I and II – samen, maar eigenlijk zijn ze alleen in hun eigen hoofd aan het triestessen. Deze ‘wezens’, verwrongen in een eigen gemoedstoestand, passen uitstekend in het Ecce Homo plaatje.

    Berlinde

Berlinde de Bruyckere: Voor deze expo werd een oud werk van (een bijna letterlijke) stal gehaald: een kinderbedje, volgepropt met een hoop kleurige dekens, wat zowel naar geborgenheid als (ver)stikking verwijst. Wie Berlinde’s werk kent, weet dat er géén werk bestaat dat niét gaat over thema’s als lijden, dood, smart, troost, …

    Peter De Meyer

Geen werk van Peter De Meyer zonder verassingseffect of grijpbaarheidsfactor. Het liefst van al willen we zijn herkenbare, bruikbare everydaylife objecten, aanraken of meegrissen. Sla er de op het eerste zicht (gewone) foto’s van zijn website maar eens op na: bij een tweede kijk steekt gegarandeerd een speelse angeltje de kop op, zijnde gecontroleerde concepterijen en spielerijen, zij het nooit zonder doordenkertje.

Voor deze expo vond de kunstenaar een mondspiegeltje van de tandarts treffend. Hij presenteert het op een sokkel in de kerk en is een rechtstreekse verwijzing naar “zie de mens”.

Bij het dichterbij kijken – we moeten ons even bukken – ontwaren we dat het kleine oppervlak van de mondspiegel ervoor zorgt dat degene die in de spiegel kijkt, enkel een detail of van zichzelf ziet – of van de Sint-Joriskerk.

De kunstenaar fluistert me in dat de mens vaak te zeer gefocust is op die details en zo het grotere geheel uit het oog verliest. Vandaar de titel Point of view. Het subtiele werkje speelt daarnaast ook met het idee dat je iemands sociale status in vele gevallen kan afleiden aan het gebit.

    Thierry Decordier

Thierry Decordier als zelfportret, de titel Moi (Memento Prum) indachtig. We zien als het ware een rondborstige figuur gecreëerd met textiel, takken, hars en een peer. Deze vrucht zal tijdens de expo zijn eigen gang zal gaan… maar wordt – als de fruitvliegen en co het kunstwerk hebben ontdekt – gelukkig regelmatig vervangen. Een sappig werkje.

    Peter Buggenhout

Peter Buggenhout kennen we van zijn stofsculpturen. Met afval van – hou je vast – metaal, hout, plastic, karton, dikke lagen huisstof, bloed, koeienmagen, paardeningewanden, etcetera,… maakt hij monumentale, rauwe abjecte assemblages. Lees: kunst zonder herkenningspunten, ontdaan van zijn originele vorm en betekenis. Thema: hoe om te gaan met onze onmacht en chaos?Met de sculptuur The blind leading the blinds verwijst de kunstenaar naar de parabels van Breughel. Juist: Ecce Homo tegemoet.

    Peter de Cupere

Peter de Cupere, Belgiës bekende geurkunstenaar’, maakt totale kunst, waar geur het centrale gegeven is. Naast zijn geuronderzoeken, staat de ervaring van de kijker/ruiker centraal. De verassingen van zijn hand zijn niet te tellen.

Voor Ecce Homo verwent hij ons met twee versies van de installatie Salt Flowers. Visueel bemerken we esthetisch maagdelijk witte bloemen. Het lijken zoutbloemen, maar vergis je niet: ze zijn wel degelijk uit glas gesculpteerd. De kunstenaar gaat uit van het scenario dat in de toekomst de zeespiegel zodanig stijgt, dat de meeste oppervlakte onder zeewater komt te staan en daardoor de bestaande biodiversiteit teniet wordt gedaan.

De ene sculptuur ruikt naar wc-verfrisser, de andere naar een samenstelling van Cajeput en Gaultheria (wintergreen). Of hoe De Cupere de toeschouwer ons olfactief wil doen ervaren wat een mogelijk resultaat is van ons dagelijks gebruik van synthetische producten. Heel de installatie gaat over perceptie. Hoe ervaren we dingen? Hoe belangrijk is het te weten wat we zien of ruiken? Want ook de geuren bedriegen.

    Wim Delvoye

Met de kunstwerken van Wim Delvoye kan je je nooit vervelen. Geen taboe is hem te veel. Van strontmachines tot erotische glasramen tot neukende herten. Wat deze durfkunstenaar in zijn hoofd haalt, doet ie gewoon: van simpele artisanale voorwerpen vergroten, opverven of verzilveren, tot megalomane projecten opstarten van hier tot in Tokio. Ja, ik mag ‘m wel.

Op de expo heeft het Kuifje der kunsten, subtiel een valies neergezet in beslagen alluminium. Contradictie lichtheid van het materiaal versus de normalitere zwaarte van een reisvalies.

    Anton Cotteleer

Anton Cotteleer’s eigenzinnige sculpturen hebben een herkenbare Cotteleer-vormentaal. Menselijke en dierlijke gedaanten worden gecombineerd met een tafel of krukje en ongemakkelijke onsamenhangende kleuren en ‘gevlokte’ kunststoffen. Ook voor de kijker kan er naar kijken oncomfortabel zijn, daar we soms op de privésfeer botsen. De ‘huid’ van de sculpturen stralen soms iets muffigs uit, waardoor ze nogal untouchable zijn.

We zien op deze expo Green tabouret man en Bevalligheden. De eerste sculptuur/figuur is, inderdaad, groen, en staat op een tabouret. Met de rug naar ons toe. De andere sculptuur, als het ware drie vrouwen in een sensuele pose, is gebasseerd op de drie Gratiën. De huidskleur zorgt voor een realiteitseffect, de geamuteerde ledematen zorgen voor ongemak, maar prikkelen (de verbeelding).

    Kris Martin

Kris Martins’ subtiele rode demarcatielijn over de tegelvloer van de Sint-Joriskerk onder de noemer Do not cross the red line, is één van de weinige welcome ‘conceptuele’ ingrepen in de expo. En ja, de titel indachtig, voor verschillende interpretaties vatbaar. Zoals we het graag hebben.

De kunstenaar is gekend om zijn al dan niet subtiele, monumentale als kleinschalige sculpturen en interventies. Martin’s werk bestaat vaak uit handelingen van toe-eigening en het gebruik van gevonden objecten die hij transformeert naar een nieuwe betekenis. Met frisse spitsvondige (kunst)resultaten tot gevolg.

    Sarah Wesphal

Onder de titel Draperies, zien we, juist, een bruine stoffen draperie, hangend over vier stalen (tafel)poten. Een aandoenlijk beeld, het lijkt alsof er iemand onder ligt, of er iemand onder heeft gelegen. De sculptuur past perfect in de kerk, een belangrijk gegeven voor deze kunstenaar, ze vraagt zich af welke fysieke of psychische invloed een omgeving heeft op de mens.

Welke herinneringen hangen er vast aan bijvoorbeeld een kerk? Kan haar tijdloze sculptuur daar iets aan bijdragen? Aan de kijker om dat in alle rust te ervaren. Tijd nemen óm te kijken, te voelen en te laten tot zich nemen, is Sarah Wesphal’s grootste betrachting.

    Otobong Nkanga

Otobong Nkanga in a Place Yet Unknown. Deze Antwerpse kunstenaar van Nigeriaanse oorsprong, combineert in haar veelzijdig werk politieke en autobiografische onderwerpen. We zien een autonoom hangend textielwerk met een (voor ons onverstaanbaar wegens de taal niet (her)kennende) geweven gedicht erin verwerkt. Het lijkt gemáákt voor deze kerk waarin het prontig staat tentoongesteld.

    Jan van Oost

Jan Van Oost treft ons met zijn sculptuur Salomé in carrara marmer. Op een witte sokkel zien we een doodshoofd waar met een grijphand de wijs-en middelvinger de ogen doorboren. De kunstenaar is gekend om thema’s met beladen symbolieken waar vergankelijkheid, erotiek en dood de hoofdrol spelen. Ecce Van Oost. Het is geen toeval dat zijn doodshoofd de kerk siert, hij ziet de dialoog met de ruimte als deel van het kunstwerk.

    Panamarenko

Panamarenko noemt zichzelf naast kunstenaar ook uitvinder, visionair, ingenieur en fysicus. En voeg daar gerust ‘dromer’ aan toe. Hij wordt als een van de belangrijkste Belgische beeldhouwers van de 20e eeuw gezien. Zijn tekeningen en assemblages ‘in verband met vliegen’ zijn ontelbaar. Van the master himself staat een van zijn laatste monumentale beelden opgesteld: een ode aan de fantasie en de droom van het vliegen, een eigen ode aan his own dream: de vliegende mens.

    Kasper de Vos

Plots besef ik dat ik hier nog geen jonge sculptuursnaak heb tussenstaan. So we present: Kasper de Vos, zichzelf omschrijvend als’ beeldend vinder en ruimtelijk bezetter’. Wel ja, daar kan ik me wel iets bij voorstellen.

In deze groepsexpo ‘bezet’ hij een kamer van de Fierensblokken. Welke vorm het uiteindelijk werk krijgt, komt uit zichzelf tot stand tijdens het constructieproces. En voor Ecce Homo toverde hij drie ranke sculpturen uit zijn hoed. We herkennen een geboetseerd been die uit een sportschoen floept, een afgeknotte arm aan een rode jerrycan en in elkaar verstrengelde handen. Juist: Ecce Homo, zie de mens.

    Philip Aguirre

And at last but nog least: één van de ereplaatsen is voor Philip Aguirre: de bekende Antwerpse beeldhouwer creëerde maar liefst vier nieuwe monumentale sculpturen – op pad zijnde mensenfiguren en stilstaande totems ‘over de Arabische lente’.

Ze staan prontig geplaatst in de voortuin van het Tropisch Instituut. Een plek wat voor de kunstenaar op z’n plaats valt, want hij draagt Afrika in het hart en in de kunsten. Aquirre is bekend om z’n werken met klassieke materialen en technieken, alsook zijn – hoewel gedifferentieerd – herkenbare archaïsche vormentaal. Maar dit jamais, nooit, zonder engagement.

De perfecte ‘sculptuurafsluiter’ van Ecce Homo, want deze beeldhouwer houdt ons maar al te graag een spiegel voor om nooit de kwetsbaarheid en moeilijke omstandigheden van bepaalde mensengroepen uit het oog te verliezen.

Er vallen nog meer ‘beeldhouwwerken’ (om het met een ouderwets woord te zeggen) te ontdekken. Ik had ze graag allemaal belicht (maar ik heb maar twee hersenhelften en twee typhanden) maar ga vooral zelf op ontdekkingstocht … ‘zie de kunst’.

Noot: buiten fijn en intens kijken en genieten, gaat een deel van de obrechts naar Human Rights Watch, een internationale organisatie wat zich inzet voor mensenrechten.

www.eccehomoantwerpen.com

About Hilde Van Canneyt 18 Articles
Hilde Van Canneyt is vooral gekend omwille van de talrijke interviews met bekende en minder bekende kunstenaars uit Vlaanderen en Nederland. Elke twee weken post ze een interview op hildevancanneyt.be

Be the first to comment

Leave a Reply

Your email address will not be published.


*